F 814 Calling
Voorgangers
Hr. Ms. ,,Isaac Sweers" presenteert zich. Deze jongste aanwinst van onze marine werd op 15 mei in dienst gesteld. De Koninklijke marine heeft tevoren twee schepen gehad die deze naam droegen.
Het eerste schip dat naar admiraal Isaac Sweers genoemd werd, was de kanonneerschoener ,,Admiraal Sweers". Het schip werd in 1804 te water gelaten. De bewapening van dit houten zeilschip bestond uit 7
stukken. Zij ging in 1809 ten onder tijdens een zeeslag tegen de Engelsen.
Het tweede schip was Hr Ms. ,,Isaac Sweers", met als eerste commandant KLTZ Houtsmuller. Bij het uitbreken van de tweede wereldoorlog slaagde men er in het onvoltooide schip naar Engeland te verslepen, waar het in het late voorjaar van 1941 gereed kwam. De bewapening bestond uit zes 10,5 cm kanonnen in 3 dubbelopstellingen van het HA-LA (High Angle-Low Angel-type); twee dubbele Bofors 40 mm mitrailleurs; twee maal vier I2,7 mm mitrailleurs (later omgewisseld tegen acht 20 mm Oerlikons); acht torpedobuizen van 53 cm en vier dieptebomwerpers. De hoofdbatterij was voorzien van een Engelse artillerie-radar. De twee Bofors-opstellingen werden gekoppeld aan twee uit Nederland meegenomen radar-installaties.
Het schip kreeg tevens een complete Sonar-uitrusting, Op de proefvaarten werd een gemiddelde maximum snelheid van ca 37,5 mijl bereikt.
In september 1941 kreeg de ,,Isaac Sweers" opdracht deel te nemen aan de operatie ,,Halberd", de codenaam van één der Malta-convooien. Het betrof hier een convooi met voorraden,'wapens en munitie, dat onder bevel stond van admiraal Sir James Somerville. Op het traject Gibraltar- Malta, tijdens aanvallen op dit convooi, verloor de vijand ongeveer 12 torpedo-vliegtuigen. De Geallieerden verloren twee Fulmar jachtvliegtuigen door eigen vuur.
Hr. Ms. ,,Isaac Sweers" nam ook deel aan het convooi, waarbij de vliegkampschepen H.M.S. ,,Ark Royal" en ,,Argus" ten onder gingen. Ditmaal ging het om het vervoeren van Spitfire jachtvliegtuigen, om het tekort op Malta aan te vullen.
Op nauwelijks 45 km van Gibraltar af, op 14 november om half vier 's avonds werd de ,,Ark Royal" dodelijk getroffen. Praktisch de gehele bemanning kon worden gered. Uit latere gegevens bleek dat deze aanval gezamenlijk door de Duitse ,,U 81" en ,,U 205" werd uitgevoerd. In de nacht van 12 op 13 december 1941 voeren H.M.S. ,,Sikh", H.M.S. ,,Legion", H.M.S. ,,Maori" en Hr. Ms. ,,Isaac Sweers (in deze volgorde werd gevaren) door het Skerki-kanaal naar het zuiden. Nabij Kaap Bon nam men op de ,,Sikh" enkele lichtflitsen en silhouetten waar. Toen de jagers Kaap Bon rondden, had men aan boord van de ,,Sikh" het volle gezicht op twee lichte Italiaanse kruisers. Overste Stokes trachtte zijn groep tussen de vijand en de kust te krijgen, een poging die wonderwel gelukte. Hierdoor was men voor de vijand praktisch onzichtbaar, terwijl deze zelf prachtig afstaken tegen de lichte lucht. In het daarop volgende gevecht werden de beide kruisers met torpedo's en kanonvuur tot zinken gebracht. Overste Houtsmuller meldde later mondeling dat hij ook een Italiaanse motortorpedoboot tot zinken had gebracht. Uit Italiaanse gegevens bleek later dat het de lichte kruisers ,,Alberico da Barbiano" en ,,Alberto di Giussano" waren. Van de motortorpedoboot werd geen melding gemaakt.
Hr. Ms. ,,Isaac Sweers" presenteert zich. Deze jongste aanwinst van onze marine werd op 15 mei in dienst gesteld. De Koninklijke marine heeft tevoren twee schepen gehad die deze naam droegen.
Het eerste schip dat naar admiraal Isaac Sweers genoemd werd, was de kanonneerschoener ,,Admiraal Sweers". Het schip werd in 1804 te water gelaten. De bewapening van dit houten zeilschip bestond uit 7
stukken. Zij ging in 1809 ten onder tijdens een zeeslag tegen de Engelsen.
Het tweede schip was Hr Ms. ,,Isaac Sweers", met als eerste commandant KLTZ Houtsmuller. Bij het uitbreken van de tweede wereldoorlog slaagde men er in het onvoltooide schip naar Engeland te verslepen, waar het in het late voorjaar van 1941 gereed kwam. De bewapening bestond uit zes 10,5 cm kanonnen in 3 dubbelopstellingen van het HA-LA (High Angle-Low Angel-type); twee dubbele Bofors 40 mm mitrailleurs; twee maal vier I2,7 mm mitrailleurs (later omgewisseld tegen acht 20 mm Oerlikons); acht torpedobuizen van 53 cm en vier dieptebomwerpers. De hoofdbatterij was voorzien van een Engelse artillerie-radar. De twee Bofors-opstellingen werden gekoppeld aan twee uit Nederland meegenomen radar-installaties.
Het schip kreeg tevens een complete Sonar-uitrusting, Op de proefvaarten werd een gemiddelde maximum snelheid van ca 37,5 mijl bereikt.
In september 1941 kreeg de ,,Isaac Sweers" opdracht deel te nemen aan de operatie ,,Halberd", de codenaam van één der Malta-convooien. Het betrof hier een convooi met voorraden,'wapens en munitie, dat onder bevel stond van admiraal Sir James Somerville. Op het traject Gibraltar- Malta, tijdens aanvallen op dit convooi, verloor de vijand ongeveer 12 torpedo-vliegtuigen. De Geallieerden verloren twee Fulmar jachtvliegtuigen door eigen vuur.
Hr. Ms. ,,Isaac Sweers" nam ook deel aan het convooi, waarbij de vliegkampschepen H.M.S. ,,Ark Royal" en ,,Argus" ten onder gingen. Ditmaal ging het om het vervoeren van Spitfire jachtvliegtuigen, om het tekort op Malta aan te vullen.
Op nauwelijks 45 km van Gibraltar af, op 14 november om half vier 's avonds werd de ,,Ark Royal" dodelijk getroffen. Praktisch de gehele bemanning kon worden gered. Uit latere gegevens bleek dat deze aanval gezamenlijk door de Duitse ,,U 81" en ,,U 205" werd uitgevoerd. In de nacht van 12 op 13 december 1941 voeren H.M.S. ,,Sikh", H.M.S. ,,Legion", H.M.S. ,,Maori" en Hr. Ms. ,,Isaac Sweers (in deze volgorde werd gevaren) door het Skerki-kanaal naar het zuiden. Nabij Kaap Bon nam men op de ,,Sikh" enkele lichtflitsen en silhouetten waar. Toen de jagers Kaap Bon rondden, had men aan boord van de ,,Sikh" het volle gezicht op twee lichte Italiaanse kruisers. Overste Stokes trachtte zijn groep tussen de vijand en de kust te krijgen, een poging die wonderwel gelukte. Hierdoor was men voor de vijand praktisch onzichtbaar, terwijl deze zelf prachtig afstaken tegen de lichte lucht. In het daarop volgende gevecht werden de beide kruisers met torpedo's en kanonvuur tot zinken gebracht. Overste Houtsmuller meldde later mondeling dat hij ook een Italiaanse motortorpedoboot tot zinken had gebracht. Uit Italiaanse gegevens bleek later dat het de lichte kruisers ,,Alberico da Barbiano" en ,,Alberto di Giussano" waren. Van de motortorpedoboot werd geen melding gemaakt.
De ondergang
Na omzwervingen in het Verre Oosten, Iiep de ,,Isaac Sweers" op 11 november 1942 Gibraltar
binnen voor een onderhoudsbeurt. Overste Harmsen, die het commando van Overste Houtsmuller had overgenomen, hoopte op een rustperiode voor zijn bemanning. Dit was helaas niet mogelijk. De volgende dag bevond men zich weer op zee, op weg naar het gebied van landingsoperaties.
Op 13 november 1942,omstreeks vijf uur ,s morgens weerklonken vlak na elkaar twee zware explosies. De ,,Isaac Sweers,, was aan stuurboord door twee torpedo's getroffen. Even over half zes verdween Hr. Ms. ,,Isaac Sweers,, in de diepte op 37023'N.B. -02"t2'O.L. Ruim 110 opvarenden
zijn met de ,,Isaac Sweers,, ten onder gegaan. Ruim 80 man werden gered.
Uit latere gegevens bleek dat de ,,Isaac Sweers,, door de Duitse ,,U431" werd getorpedeerd. Deze onderzeeboot werd op zijn beurt nabij Toulon
vernietigd door de Britse onderzeeboot ,,Ultimatum" op 30 oktober 1943.
Proefvaarten
Een nieuwe ,,Isaac Sweers,' ging op 12 februari
1968 voor het eerst naar zee. Omstreeks half tien 's morgens klonk voor de eerste maal het ,,Meerrol op post" over de scheepsomroep. Aan boord bevonden zich vele burgers, die bij de bouw van dit schip betrokken waren. AIs commandant van het detachement ,,Isaac Sweers,, was KLTZ Genet tevens verantwoordelijk voor het welzijn van schip en alle opvarenden gedurende de proefvaarten.
Eerst hield men een 4-daagse werkproefvaart, die niets te wensen overliet. Op 15 februari keerde men in Amsterdam terug.
Op 19 februari voer men wederom uit en begon de marineproefvaart van twee maal drie weken. Voordat de eigenlijke proefvaart begon, werd eerst in Den Helder munitie geladen. Daarna ging het richting Greenock in Schotland, waar men de 24e binnenliep.
Greenock is een plaats waar het Engels conservatisme of de Engelse behoudendheid als men het zo noemen wilt, goed te merken is. Alles is
daar heel ouderwets, doch degelijk gebouwd. Opmerkelijk is de vervuiling, die vooral langs de havencomplexen heel duidelijk is. De popperige huisjes blijken donkere hokken te zijn. Donker door de kleine ramen. Hokken noem
ik ze, omdat ze, althans van buitenaf gezien, slechts bewoonbaar lijken en niet gezellig te maken zijn. Het lijkt wel of men hier nog vast houdt aan de bouwtrant uit de jaren dertig. Maar de inwoners zijn hartelijk. In de winkels
stond iedereen gereed om ons zoveel mogelijk te helpen. Ik denk niet dat er aan boord iemand is die zich in Greenock en de andere Britse steden niet thuis voelde.
Na omzwervingen in het Verre Oosten, Iiep de ,,Isaac Sweers" op 11 november 1942 Gibraltar
binnen voor een onderhoudsbeurt. Overste Harmsen, die het commando van Overste Houtsmuller had overgenomen, hoopte op een rustperiode voor zijn bemanning. Dit was helaas niet mogelijk. De volgende dag bevond men zich weer op zee, op weg naar het gebied van landingsoperaties.
Op 13 november 1942,omstreeks vijf uur ,s morgens weerklonken vlak na elkaar twee zware explosies. De ,,Isaac Sweers,, was aan stuurboord door twee torpedo's getroffen. Even over half zes verdween Hr. Ms. ,,Isaac Sweers,, in de diepte op 37023'N.B. -02"t2'O.L. Ruim 110 opvarenden
zijn met de ,,Isaac Sweers,, ten onder gegaan. Ruim 80 man werden gered.
Uit latere gegevens bleek dat de ,,Isaac Sweers,, door de Duitse ,,U431" werd getorpedeerd. Deze onderzeeboot werd op zijn beurt nabij Toulon
vernietigd door de Britse onderzeeboot ,,Ultimatum" op 30 oktober 1943.
Proefvaarten
Een nieuwe ,,Isaac Sweers,' ging op 12 februari
1968 voor het eerst naar zee. Omstreeks half tien 's morgens klonk voor de eerste maal het ,,Meerrol op post" over de scheepsomroep. Aan boord bevonden zich vele burgers, die bij de bouw van dit schip betrokken waren. AIs commandant van het detachement ,,Isaac Sweers,, was KLTZ Genet tevens verantwoordelijk voor het welzijn van schip en alle opvarenden gedurende de proefvaarten.
Eerst hield men een 4-daagse werkproefvaart, die niets te wensen overliet. Op 15 februari keerde men in Amsterdam terug.
Op 19 februari voer men wederom uit en begon de marineproefvaart van twee maal drie weken. Voordat de eigenlijke proefvaart begon, werd eerst in Den Helder munitie geladen. Daarna ging het richting Greenock in Schotland, waar men de 24e binnenliep.
Greenock is een plaats waar het Engels conservatisme of de Engelse behoudendheid als men het zo noemen wilt, goed te merken is. Alles is
daar heel ouderwets, doch degelijk gebouwd. Opmerkelijk is de vervuiling, die vooral langs de havencomplexen heel duidelijk is. De popperige huisjes blijken donkere hokken te zijn. Donker door de kleine ramen. Hokken noem
ik ze, omdat ze, althans van buitenaf gezien, slechts bewoonbaar lijken en niet gezellig te maken zijn. Het lijkt wel of men hier nog vast houdt aan de bouwtrant uit de jaren dertig. Maar de inwoners zijn hartelijk. In de winkels
stond iedereen gereed om ons zoveel mogelijk te helpen. Ik denk niet dat er aan boord iemand is die zich in Greenock en de andere Britse steden niet thuis voelde.
Gedurende het weekend werd er door de N.D.S.M. bustochten door de Schotse Hooglanden georganiseerd. In het hartje van deze Hooglanden,
vol van een overweldigend natuurschoon, kon men genieten van een typische Schotse ,,high-tea". Zo'n high-tea bestaat uiteraard uit thee, geserveerd in een tinnen pot. Vlug de kopjes volschenken. Daarna de theepot weer bijvullen met heet water uit het keteltje, dat er bij wordt geleverd Na enige tijd, ais de ingeschonken thee is opgedronken, is de ,,vers gezette"
thee weer voldoende getrokken en kan een tweede kopje thee worden ingeschonken. Bij deze thee wordt patat frites en gebraden kip geserveerd. Na dit te hebben genuttigd kan men dan nog genieten van de altijd aanwezige zoete hapjes, een onmisbaar onderdeel van het Engelse
menu.
Dinsdag 27 februari verlieten wij Greenock met bestemming Arran, waar gedurende drie dagen de snelheidsproeven werden gehouden. Op de kust van het eiland Arran is nl. de bekende gemeten mijl uitgezet. Met steeds hogere snelheid voer rnen langs de gemeten mijl. Telkens klonk het ,,Opgepast......stop,, door de scheepsomroep als sein voor. de tijdwaarnemers aan boord.
Na de snelheidsproeven stoomden we op naar Portland waar we de 2e maart binnenliepen. Portland is een marineplaats waar niet veel te beleven valt. Om inkopen te doen en wat vertier te vinden moet men naar Weymouth.
Tussen Portland en Weymouth loopt een vrij vlotte busverbinding. Er mag in deze bussen gerookt worden. Het interieur van deze bussen is dan ook altijd bezaaid met sigarettenpeukjes en as, waardoor het geheel een vrij smerig aanzien krijgt. In Portland werden er, in samenwerking met de Engelse marine metingen verricht. Op 8 maart verlieten we Portland met bestemming Den Helder, waar we een dag later arriveerden. Gedurende deze eerste helft van de marineproefvaart werden tevens oefeningen gehouden in het strijken en hijsen van de sloepen en werd,en de saluutbatterijen beproefd.Het tweede gedeelte van de proefvaart omvatte hoofdzakelijk het beproeven van de Sonarinstallaties. In Londonderry ontmoetten wij Hr. Ms. ,,Van Galen"en Hr.Ms. "Zeeleeuw "waarmee op de Atlantische Oceaan werd geoefend. Deze tweede periode duurde van 11 maart tot 2 april.
In dok liggend, met de droge dokvloer onder de kiel en de romp gesteund door schragen, werd er aan boord van de ,,Isaac Sweers" een ,,Alle Hens voor de boeg,' gehouden. Aan de vlaggemast op de spiegel wapperde nog geen driekleur. De ,,Isaac Sweers,' is nog niet in dienst gesteld en als zodanig eigenlijk nog een koopvaardijschip. Toch hield de commandant van
het Marinedetachement ,,Isaac Sweers',, KLTZ J. B. Genet, een ,,Alle Hens', aan boord op 8 maart 1968. ,,Ik heb u vandaag bij elkaar laten komen om u
getuige te doen zijn van uitreiking van een zilveren en een gouden medaille voor langdurige trouwe dienst". Met deze woorden leidde KLTZ Genet het ,,Alle Hens" in, Hij memoreerde wat de woorden ,,langdurige trouwe dienst,' omvatten. Uitmuntende plichtsbetrachting, ijver en een onbesproken gedrag in dienst van één baas gedurende resp. 24 en 36 jaar, is iets dat tegenwoordig helaas niet meer vaak voorkomt. Gelukkig nog wel bij onze marine. Daarom is hij er trots op, dat hij als marine-officier aan twee
van zijn onderofficieren deze onderscheidingen mag uitreiken.
In zijn toespraak vergat KLTZ Genet niet dat een marineman alleen sterk kan zijn als ook het thuisfront sterk is. De dienst bij de Koninklijke Marine is afwisselend en eist volledige inzet van de persoon.
vol van een overweldigend natuurschoon, kon men genieten van een typische Schotse ,,high-tea". Zo'n high-tea bestaat uiteraard uit thee, geserveerd in een tinnen pot. Vlug de kopjes volschenken. Daarna de theepot weer bijvullen met heet water uit het keteltje, dat er bij wordt geleverd Na enige tijd, ais de ingeschonken thee is opgedronken, is de ,,vers gezette"
thee weer voldoende getrokken en kan een tweede kopje thee worden ingeschonken. Bij deze thee wordt patat frites en gebraden kip geserveerd. Na dit te hebben genuttigd kan men dan nog genieten van de altijd aanwezige zoete hapjes, een onmisbaar onderdeel van het Engelse
menu.
Dinsdag 27 februari verlieten wij Greenock met bestemming Arran, waar gedurende drie dagen de snelheidsproeven werden gehouden. Op de kust van het eiland Arran is nl. de bekende gemeten mijl uitgezet. Met steeds hogere snelheid voer rnen langs de gemeten mijl. Telkens klonk het ,,Opgepast......stop,, door de scheepsomroep als sein voor. de tijdwaarnemers aan boord.
Na de snelheidsproeven stoomden we op naar Portland waar we de 2e maart binnenliepen. Portland is een marineplaats waar niet veel te beleven valt. Om inkopen te doen en wat vertier te vinden moet men naar Weymouth.
Tussen Portland en Weymouth loopt een vrij vlotte busverbinding. Er mag in deze bussen gerookt worden. Het interieur van deze bussen is dan ook altijd bezaaid met sigarettenpeukjes en as, waardoor het geheel een vrij smerig aanzien krijgt. In Portland werden er, in samenwerking met de Engelse marine metingen verricht. Op 8 maart verlieten we Portland met bestemming Den Helder, waar we een dag later arriveerden. Gedurende deze eerste helft van de marineproefvaart werden tevens oefeningen gehouden in het strijken en hijsen van de sloepen en werd,en de saluutbatterijen beproefd.Het tweede gedeelte van de proefvaart omvatte hoofdzakelijk het beproeven van de Sonarinstallaties. In Londonderry ontmoetten wij Hr. Ms. ,,Van Galen"en Hr.Ms. "Zeeleeuw "waarmee op de Atlantische Oceaan werd geoefend. Deze tweede periode duurde van 11 maart tot 2 april.
In dok liggend, met de droge dokvloer onder de kiel en de romp gesteund door schragen, werd er aan boord van de ,,Isaac Sweers" een ,,Alle Hens voor de boeg,' gehouden. Aan de vlaggemast op de spiegel wapperde nog geen driekleur. De ,,Isaac Sweers,' is nog niet in dienst gesteld en als zodanig eigenlijk nog een koopvaardijschip. Toch hield de commandant van
het Marinedetachement ,,Isaac Sweers',, KLTZ J. B. Genet, een ,,Alle Hens', aan boord op 8 maart 1968. ,,Ik heb u vandaag bij elkaar laten komen om u
getuige te doen zijn van uitreiking van een zilveren en een gouden medaille voor langdurige trouwe dienst". Met deze woorden leidde KLTZ Genet het ,,Alle Hens" in, Hij memoreerde wat de woorden ,,langdurige trouwe dienst,' omvatten. Uitmuntende plichtsbetrachting, ijver en een onbesproken gedrag in dienst van één baas gedurende resp. 24 en 36 jaar, is iets dat tegenwoordig helaas niet meer vaak voorkomt. Gelukkig nog wel bij onze marine. Daarom is hij er trots op, dat hij als marine-officier aan twee
van zijn onderofficieren deze onderscheidingen mag uitreiken.
In zijn toespraak vergat KLTZ Genet niet dat een marineman alleen sterk kan zijn als ook het thuisfront sterk is. De dienst bij de Koninklijke Marine is afwisselend en eist volledige inzet van de persoon.
,,Dit alles kunnen slechts mensen doen die weten wat ze willen en die
gesteund worden door hun gezin -vooral zijn echtgenote -en zijn collega's". Het was dan ook een groot genoegen om mevr. De Vries hierbij aanwezig te doen zijn'
Eerste,,Ratlio Detection Finder"
Oppermachinist P. de Vries kreeg de gouden medaille voor 36 jaar langdurige eerlijke en trouwe dienst. Hij kwam als stoker 3 in 1939 in
dienst en heeft nog alle methoden van het stoken gekend.
Hij begon met de holenboot Hr. Ms. ,,Van Meerland". Met deze mijnenlegger ontsnapte hij aan het begin van de Tweede Wereldoorlog uit de Zeeuwse wateren en week via België en Frankrijk uit naar 'Dover. Daar werd het schip ingedeeld bij de Engelse marine en ingezet bij de verdediging van de Thamesmond.
In november 1940 werd hij overgeplaatst naar Hr. Ms. .,Isaac Sweers", die toen in Gourock lag' In de Midlands kreeg hij echter een oponthoud van 24 uur door vijandelijke bombardementen' Daardoor kwam hij in Gourock aan,
vlak na het uitvaren van de ,,Isaac Sweers". Stoker 1 De Vries kreeg toen de opdracht naar Londen terug te keren om als eerste bij de Koninklijke Marine de opleiding te volgen voor ,,Radio Detection Finder", de voorloper van het
brevet RAPP.
Na de opleiding volgde een plaatsing op Hr. Ms' ,,Van Brakel". Gedurende ca. 18 maanden werd het convooi-varen tussen Zuid-Engeland en Scapa FIow. Daarna maakte men zich gereed om naar West Indië te gaan'
Daar voer de ,,Van Brakel" als convooi-begeleiding tussen Curaçao
en Trinidad.
KPLMACH De Vries volgde na de oorlog de opleiding tot SGTMACH en
slaagde als leerling van de klas SEMA I. Hij voer in 1951 met Hr Ms.Tjerk
Hiddes" naar het voormalige Ned Indië. Hij beleefde de overdracht van Hr. Ms' "Tjerk Hiddes " aan de ALRI, de Indonesische marine, die het schip omdoopte. Het kreeg de naam ,,Gadja Mada" naar een der Staatslieden van
het oude rijk van Mataram. Korporaal De Vries gaf enige tijd instructie aan het Indonesische machinekamerpersoneel en ging toen met Hr. Ms.,,'Woendi" van Soerabaja naar Hollandia'
Vries werd in het toenmalige
SGTMACH De Vries werd in het toenmalige Ned. Nieuw Guinea hoofd machinekamer op Hr.Ms. "L-9611".
Na een jaar keerde hij per vliegtuig terug naar Nederland en kreeg de functie van Chef Werkplaats bij de Mijnendienst te Den Helder.
gesteund worden door hun gezin -vooral zijn echtgenote -en zijn collega's". Het was dan ook een groot genoegen om mevr. De Vries hierbij aanwezig te doen zijn'
Eerste,,Ratlio Detection Finder"
Oppermachinist P. de Vries kreeg de gouden medaille voor 36 jaar langdurige eerlijke en trouwe dienst. Hij kwam als stoker 3 in 1939 in
dienst en heeft nog alle methoden van het stoken gekend.
Hij begon met de holenboot Hr. Ms. ,,Van Meerland". Met deze mijnenlegger ontsnapte hij aan het begin van de Tweede Wereldoorlog uit de Zeeuwse wateren en week via België en Frankrijk uit naar 'Dover. Daar werd het schip ingedeeld bij de Engelse marine en ingezet bij de verdediging van de Thamesmond.
In november 1940 werd hij overgeplaatst naar Hr. Ms. .,Isaac Sweers", die toen in Gourock lag' In de Midlands kreeg hij echter een oponthoud van 24 uur door vijandelijke bombardementen' Daardoor kwam hij in Gourock aan,
vlak na het uitvaren van de ,,Isaac Sweers". Stoker 1 De Vries kreeg toen de opdracht naar Londen terug te keren om als eerste bij de Koninklijke Marine de opleiding te volgen voor ,,Radio Detection Finder", de voorloper van het
brevet RAPP.
Na de opleiding volgde een plaatsing op Hr. Ms' ,,Van Brakel". Gedurende ca. 18 maanden werd het convooi-varen tussen Zuid-Engeland en Scapa FIow. Daarna maakte men zich gereed om naar West Indië te gaan'
Daar voer de ,,Van Brakel" als convooi-begeleiding tussen Curaçao
en Trinidad.
KPLMACH De Vries volgde na de oorlog de opleiding tot SGTMACH en
slaagde als leerling van de klas SEMA I. Hij voer in 1951 met Hr Ms.Tjerk
Hiddes" naar het voormalige Ned Indië. Hij beleefde de overdracht van Hr. Ms' "Tjerk Hiddes " aan de ALRI, de Indonesische marine, die het schip omdoopte. Het kreeg de naam ,,Gadja Mada" naar een der Staatslieden van
het oude rijk van Mataram. Korporaal De Vries gaf enige tijd instructie aan het Indonesische machinekamerpersoneel en ging toen met Hr. Ms.,,'Woendi" van Soerabaja naar Hollandia'
Vries werd in het toenmalige
SGTMACH De Vries werd in het toenmalige Ned. Nieuw Guinea hoofd machinekamer op Hr.Ms. "L-9611".
Na een jaar keerde hij per vliegtuig terug naar Nederland en kreeg de functie van Chef Werkplaats bij de Mijnendienst te Den Helder.
Afbouw expert....
Bij de bouw van de kruisers en de jagers heeft segt. De Vries actief meegedaan om alles naar behoren te installeren. De bouw van Hr. Ms. "Friesland " heeft hij helemaal meegemaakt'
In 1962 werd MJRMACH De Vries geplaatst aan boord van Hr. Ms. ,,Rotterdam" met bestemming het toenmalige Ned. Nieuw-Guinea' Het schip
kwam niet verder dan de westzijde van het Panama-kanaal.
De reis werd daar afgebroken, omdat de Nieuw-Guinea kruistocht was voltooid en de Nederlandse strijdkrachten weer naar huis konden gaan.
In 1963 werd hij ingedeeld bij de bouw van Hr.Ms. ,,Van Speyk". Bij ziin aankomst vroeg men zich verbaasd af wat hij kwam doen. Er was nl. nog helemaal geen werk voor hem. Hij ging toen naar Werkspoor om aan de bouw van de turbines deel te nemen.
Voor zijn aandeel in deze turbinebouw werd hij onderscheiden met
de Oranje Nassau. Hij bleef aan boord van Hr.Ms.,,Van Speyk" tot het einde van de garantievaart,
Daarna werd ADJMACH De Vries geplaatst aan boord van de ,,Isaac Sweers".
Talloze plaatsingen
Sergeant-vuurleidingskonstabel H. H. C. Thiessen kreeg de zilveren medaille voor 24 jaar langdurige eerlijke en trouwe dienst. Hij begon zijn marine-loopbaan in l947 als matroos 3 en volgde een jaar later de opleiding voor RAPV 2, aan boord van Hr. Ms. ,,Jacob van Heemskerk',. Hij is iemand, die met recht kan zeggen dat hij niet kan klagen over het aantal overplaatsingen
die hij in de loop der jaren heeft meegemaakt. Met Hr. Ms. ,,Evertsen" vertrok MATR 2 RAPV 2 Thiessen in 1948 naar het voormalige Ned.
Indië. Na een periode van ongeveer anderhalf jaar vertrok het schip naar Korea om daar bij de V.N. krijgsmacht te worden ingedeeld tijdens de Koreaanse oorlog. Na een verblijf van een jaar in de Koreaanse wateren met als basis de Japanse haven Sasebo, keerde Hr. Ms. ..Evertsen" naar Nederland terug.
Afbouw in ltalië
De eerste ervaringen in het afbouwen van schepen kreeg KPLVLKNST Thiessen in Venetië (Méstre). Hij werd ingedeeld bij de groep die
belast was met het toezicht op de afbouw van Hr. Ms. ,,Lynx". Na terugkeer in Nederland volgde hij de opleiding voor SGTVLKNST. Als geëxamineerd
sergeant kwam hij aan boord van Hr. Ms. ..Amsterdam", welke was ingedeeld bij het Smaldeel V. Hij maakte een reis mee naar de West en
Amerika. Plaatsen als Mayport, Fort Louderdale en Guantarramo zijn voor hem bekende plaatsen. Aan boord van Hr. Ms. ,,Groningen" maakte hij
de wereldreis van zeven maanden mee, welke het Smaldeel V in 1960 maakte.
SGTVLKNST Thiessen ging met hetzelfde schip, dat nog steeds deel uitmaakte van Smaldeel V, naar de West. Daar aangekomen werd Hr. Ms.
,,Groningen" naar het voormalige Ned. Nieuw-Guinea gezonden als versterking van de Nederlandse strijdkrachten aldaar, tezamen met enige
andere schepen van dit smaldeel.
Oude bekenden
De ,,schepenlijst" van SGTVLKNST Thiessen vertoont vele bekende namen. Hr. Ms. ,,Jacob van Heemskerk" werd reeds genoemd. Voor de dekdienst is dit schip bekend als opleidingsschip. Hr. Ms. ,,Evertsen" was een bekende in
het Smaldeel V. Hr. Ms. ,,Banckert,, is voor hen, die ooit in Soerabaia welden geplaatst, geen onbekende. Hr. Ms. ,,Groningen,, en Hr. Ms.,,Noord-Brabant" zljn ook nu nog bij de ouderen zowel als bij de jongeren bekende schepen.
Bij de bouw van de kruisers en de jagers heeft segt. De Vries actief meegedaan om alles naar behoren te installeren. De bouw van Hr. Ms. "Friesland " heeft hij helemaal meegemaakt'
In 1962 werd MJRMACH De Vries geplaatst aan boord van Hr. Ms. ,,Rotterdam" met bestemming het toenmalige Ned. Nieuw-Guinea' Het schip
kwam niet verder dan de westzijde van het Panama-kanaal.
De reis werd daar afgebroken, omdat de Nieuw-Guinea kruistocht was voltooid en de Nederlandse strijdkrachten weer naar huis konden gaan.
In 1963 werd hij ingedeeld bij de bouw van Hr.Ms. ,,Van Speyk". Bij ziin aankomst vroeg men zich verbaasd af wat hij kwam doen. Er was nl. nog helemaal geen werk voor hem. Hij ging toen naar Werkspoor om aan de bouw van de turbines deel te nemen.
Voor zijn aandeel in deze turbinebouw werd hij onderscheiden met
de Oranje Nassau. Hij bleef aan boord van Hr.Ms.,,Van Speyk" tot het einde van de garantievaart,
Daarna werd ADJMACH De Vries geplaatst aan boord van de ,,Isaac Sweers".
Talloze plaatsingen
Sergeant-vuurleidingskonstabel H. H. C. Thiessen kreeg de zilveren medaille voor 24 jaar langdurige eerlijke en trouwe dienst. Hij begon zijn marine-loopbaan in l947 als matroos 3 en volgde een jaar later de opleiding voor RAPV 2, aan boord van Hr. Ms. ,,Jacob van Heemskerk',. Hij is iemand, die met recht kan zeggen dat hij niet kan klagen over het aantal overplaatsingen
die hij in de loop der jaren heeft meegemaakt. Met Hr. Ms. ,,Evertsen" vertrok MATR 2 RAPV 2 Thiessen in 1948 naar het voormalige Ned.
Indië. Na een periode van ongeveer anderhalf jaar vertrok het schip naar Korea om daar bij de V.N. krijgsmacht te worden ingedeeld tijdens de Koreaanse oorlog. Na een verblijf van een jaar in de Koreaanse wateren met als basis de Japanse haven Sasebo, keerde Hr. Ms. ..Evertsen" naar Nederland terug.
Afbouw in ltalië
De eerste ervaringen in het afbouwen van schepen kreeg KPLVLKNST Thiessen in Venetië (Méstre). Hij werd ingedeeld bij de groep die
belast was met het toezicht op de afbouw van Hr. Ms. ,,Lynx". Na terugkeer in Nederland volgde hij de opleiding voor SGTVLKNST. Als geëxamineerd
sergeant kwam hij aan boord van Hr. Ms. ..Amsterdam", welke was ingedeeld bij het Smaldeel V. Hij maakte een reis mee naar de West en
Amerika. Plaatsen als Mayport, Fort Louderdale en Guantarramo zijn voor hem bekende plaatsen. Aan boord van Hr. Ms. ,,Groningen" maakte hij
de wereldreis van zeven maanden mee, welke het Smaldeel V in 1960 maakte.
SGTVLKNST Thiessen ging met hetzelfde schip, dat nog steeds deel uitmaakte van Smaldeel V, naar de West. Daar aangekomen werd Hr. Ms.
,,Groningen" naar het voormalige Ned. Nieuw-Guinea gezonden als versterking van de Nederlandse strijdkrachten aldaar, tezamen met enige
andere schepen van dit smaldeel.
Oude bekenden
De ,,schepenlijst" van SGTVLKNST Thiessen vertoont vele bekende namen. Hr. Ms. ,,Jacob van Heemskerk" werd reeds genoemd. Voor de dekdienst is dit schip bekend als opleidingsschip. Hr. Ms. ,,Evertsen" was een bekende in
het Smaldeel V. Hr. Ms. ,,Banckert,, is voor hen, die ooit in Soerabaia welden geplaatst, geen onbekende. Hr. Ms. ,,Groningen,, en Hr. Ms.,,Noord-Brabant" zljn ook nu nog bij de ouderen zowel als bij de jongeren bekende schepen.
Koninginnendag
Op 30 april kon KLTZ Genet wederom één van zijn onderofficieren een onderscheiding uitreiken. Tijdens de traditionele ,,Alle Hens,' ontving
MJRGSI(NST Lackroij de zilveren eremedaille in de Orde van Oranje Nassau met de zwaarden.Het gezin van MJRGSKNST Lackroij werd uitgenodigd
om de plechtigheid aan boord bij te wonen. Na de uitreiking werden mevr. en MJR Lackroij door de commandant in de kajuit
ontvangen.
Als vertegenwoordiger van de V.B.Z. bood KPLZVP De Wilde aan MJRGSKNST Lackroij een draagmedaille aan.
MJRGSI(NST Lackroij de zilveren eremedaille in de Orde van Oranje Nassau met de zwaarden.Het gezin van MJRGSKNST Lackroij werd uitgenodigd
om de plechtigheid aan boord bij te wonen. Na de uitreiking werden mevr. en MJR Lackroij door de commandant in de kajuit
ontvangen.
Als vertegenwoordiger van de V.B.Z. bood KPLZVP De Wilde aan MJRGSKNST Lackroij een draagmedaille aan.
Mevr. Lackroij ontving een kleurig boeket bloemen. Deze attenties werden door mevr. en MJR, Lackroij zeer op prijs